De tumor werd operatief verwijderd, waarna een lang traject van eerst klinische en later poliklinische revalidatie volgde. Toen hij uit revalidatie kwam probeerde hij te re-integreren, maar dat lukte niet. ‘Nu ben ik afgekeurd. Je zou het ook medisch pensioen kunnen noemen. Dat klinkt beter.’
Waar je terecht komt
‘De neurochirurg informeerde me destijds goed tijdens de revalidatie. Hij vertelde dat ik last kon houden op het vlak van cognitie, motoriek en korte termijn geheugen. Toch was ik niet voorbereid op het leven na de revalidatie. Toen een kennis tegen me zei: “Weet je wel dat je hersenletsel hebt?”, drong het pas echt tot me door.
Iemand die ik ken had prostaatkanker en kwam bij Viore. Hij had me al eens gevraagd of Viore niks voor mij was. Eigenlijk pas toen ik een keer een stukje over Viore las in het lokale suffertje, de Gooi en Eembode, ben ik gegaan. De eerste keer dat ik erheen ging dacht ik wel: waar kom ik terecht, hoe ziet het eruit? Het is heel ruim als je daar binnenkomt, met een grote tafel waar je gemakkelijk met 10-12 mensen kan zitten. Daar is ook ‘Samen aan tafel‘. Dat is een keer per maand, dan wordt er gekookt door vrijwilligers. Dat is ontzettend leuk. Je weet niet van te voren wat je krijgt en het is altijd superlekker.’
‘Ik ging regelmatig op vrijdagmiddag naar de Herensoos. Het zijn mannen onder elkaar. Prettig stuurloos ouwehoeren. Ik kan me slecht focussen en kan nogal impulsief reageren. Maar daar is niks raar. Het is een gedeelde smart, dat geeft een band. Er is medemenselijkheid. Een praatje en een drankje.
Dat mijn korte termijn geheugen niet optimaal werkt merk ik bijvoorbeeld ook in gesprekken. Ik ben een paar keer naar ‘Mannen in gesprek‘ geweest, een keer per maand op vrijdagmiddag voor de Herensoos. Maar dat vreet mij op. In het moment volg ik het gesprek wel, maar ik vergeet wat er drie minuten geleden werd gezegd. Het levert me niet zo veel op.’
Niks is raar
‘De Herensoos brengt me ontspanning, hoewel het wel vermoeiend voor me is. Als we maar met zijn vijven zijn is het wat gemakkelijker. Het is gezellig, gemoedelijk. Je hoeft niks. Je hoeft elkaar ook niks uit te leggen. Aan een half woord heb je genoeg. Het gaat over vakanties en hobby’s, en weinig over kanker. Soms stelt iemand wel eens een vraag over een behandeling. Dat gaat altijd met respect voor elkaar, nooit lacherig, niks is raar.
Als ik daar ben, dan ben ik even weg, even eruit. De vrijwilligers vertroetelen ons. Willeke bijvoorbeeld, die maakt wel eens zelf tonijnsalade of eiersalade op een toastje. Nou dat is… Heerlijk! Het is er gewoon heel fijn. Ik kan het niet zo goed uitleggen.’
En dat is ook goed.